TEKEN MET LENGTES






Welkom bij driehoeken tekenen met lengtes. Op deze pagina vind je alles wat je moet weten over het tekenen van driehoeken met gegeven lengtes.
​
Kijk de video hiernaast om te zien hoe je driehoeken moet tekenen met gekregen lengtes.

Vraag?
Ga naar de chat bubbel rechts onderin je scherm!
THEORIE TEKENEN MET LENGTES


Let op:
Bij wiskunde teken je altijd met potlood!
Lees nog eens de theorie over het tekenen van driehoeken met gegeven lengtes door.
Maak de opdrachten die je rechts op de pagina vind over het tekenen met gekregen lengtes.
TEKENEN MET LENGTES
Een driehoek tekenen met de 3 gekregen zijden kunnen we gaan tekenen.
​
Werkschema: Driehoek tekenen met lengtes
​
1. Zorg dat je je gegevens hebt. In dit voorbeeld
tekenen we ΔDEF, met DE = 5cm ,
EF = 3cm en DF = 4cm
​
2. Begin met het tekenen van het eerste lijnstuk:
DE = 5cm​
​​
​
3. Lijnstuk EF is 3 cm, dat betekend dat de afstand
van E naar F 3 cm is. Door met een passer een
cirkel te tekenen van straal 3 met middelpunt E
weet je dat F op deze cirkel moet liggen.
​
​​
​
4. Lijnstuk DF is 4 cm, dat betekend dat de afstand
van D naar F 4 cm is. Door met een passer een
cirkel te tekenen van straal 4 met middelpunt D
weet je dat F op deze cirkel moet liggen.
​
5. De twee cirkels snijden elkaar op
twee punten, een van deze punten
is punt F. Kies het juiste punt door
rekening te houden met de
belettering van figuren. Maak
hiervoor een schets van ΔDEF
​
​​
​
6. Teken ΔDEF.​ Laat de cirkels staan
als ´berekening´.
​




